Verslag Moawin

16 maart 2005

KARACHI (ANP) - Door brand aan boord van het voormalige Nederlandse marinebevoorradingsschip Hr.Ms. Poolster zijn 37 personen om het leven gekomen. Dat heeft de Pakistaanse marine woensdag bekendgemaakt. Nederland verkocht het schip in 1995 aan Pakistan.

De brand brak vorige week donderdag uit tijdens reparatiewerkzaamheden aan boord van de huidige PNS Moawin, dat voor anker ligt in de Pakistaanse havenstad Karachi. Zes personeelsleden van de marine kwamen op de rampdag zelf om. De andere slachtoffers overleden de afgelopen dagen aan ernstige brandwonden. Ten minste 24 personen liggen nog in kritieke toestand in ziekenhuizen.

Onderzoekers menen dat de brand is veroorzaakt door een menselijke fout. Het schip zelf heeft weinig schade opgelopen, zei een hoge marineofficier woensdag op basis van anonimiteit. ,,Er was alleen een machtige vuurbal. De meeste slachtoffers zijn overleden door de hitte.''

Het gaat volgens lokale media om de grootste ramp die de Pakistaanse marine in vredestijd heeft getroffen. De Moawin was in januari nog naar de Indonesische provincie Atjeh gevaren om hulpgoederen af te leveren voor de door de tsunamiramp getroffen bevolking.

Het bevoorradingsschip, begin jaren zestig gebouwd in Rotterdam, deed vanaf 10 september 1964 dienst bij de Nederlandse marine. Het was het laatste door stoomturbines aangedreven vaartuig van de marine. Defensie nam op 21 juni 1995 met een tocht van thuishaven Den Helder naar Rotterdam afscheid van de Poolster.

 

 

 

Ooit was Hare Majesteits Poolster ’s lands meest vooruitstrevende marineschip. Hollands trots was op de kop af dertig jaar in de vaart, toen ze ruim tien jaar geleden werd verkocht aan Pakistan. Nu pinken vele tientallen oud-opvarenden een traantje weg, toen ze hoorden dat één enkele achteloos opgestoken sigaret, met als gevolg een enorme explosie en een felle brand, mogelijk het einde betekent van hun oude liefde.
       
Ruim 8000 stoere Hollandse jongens én meiden brachten hun marinetijd door op de ’oude dame’, zoals het Nederlandse bevoorradingsschip nog steeds liefkozend wordt genoemd. Samen met het marinefregat Zuiderkruis schreef de Poolster jaren geleden zelfs marinehistorie, toen er voor het eerst in de geschiedenis van de Koninklijke Marine vrouwen aan boord gingen meevaren.
       
De in 1964 in de vaart genomen vloottanker, die onder meer zorg draagt voor de brandstof van andere marineschepen, werd in 1994 verkocht aan de Pakistaanse marine Het schip was naar Nederlandse maatstaven sterk verouderd. De Pakistanen doopten het schip om tot de PNS Moawin en het schip voldeed in dat land nog steeds prima.
       
Enkele dagen geleden ging het goed mis op een werf in Karachi. De ex-Poolster had net hand- en spandiensten verricht in de tsunamigebieden, toen een enorme explosie het stoere schip voor een deel verwoestte. Door de klap en de grote brand die daarna ontstond, vielen maar liefst 37 doden en tientallen gewonden, van wie er nog altijd een stuk of twintig zeer slecht aan toe zijn.
       
De officiële lezing is, dat er laswerkzaamheden werden verricht in de buurt van één van de tanks met vliegtuigbrandstof op het schip. Maar wij hebben ook gehoord, dat een of andere idioot een peuk had opgestoken. Het zou me niks verbazen, die gasten daar nemen het een stuk minder nauw dan wij vroeger.”
       
De inmiddels 35-jarige Manolito Winkel uit Oud-Beijerland diende van 1988 tot 1992 op de Poolster, als zogeheten Kort Verband Vrijwilliger (KVV’er). Winkel is de drijvende kracht achter de vele reünies, die er zijn geweest.
       
Zulk nieuws gaat je aan het hart. Vreselijk! Ik heb de afgelopen dagen tientallen telefoontjes en mails gehad met vragen en opmerkingen van andere oud-opvarenden. Niemand kan geloven dat dit mooie schip op zo’n manier aan zijn einde komt”, aldus Manolito, die benadrukt dat het grote aantal dodelijke slachtoffers hem nóg meer aangrijpt.
       
De ex-marineman vertelt lyrisch over ’zijn’ schip. „Het was het grootste marineschip dat ooit in Nederland en bij de RDM was gebouwd. Het had een helidek, zeer vooruitstrevend in die tijd, en een deksproei- installatie om bij een aanval met gifgassen het schip schoon te kunnen houden. Toen het in 1994 uit de vaart werd genomen, was het het langst dienende marineschip ooit.”

Bron: Telegraaf dd. 18-03-05

died in March Moawin fire
(Saturday, 18 June 2005) -

ISLAMABAD (Xinhuanet) Pakistani minister of state for defense
Friday informed the Senate that 53 persons lost their lives and 59 suffered
critical injuries when a Pakistan Navy's ship caught fire in March at Karachi harbor.


The ship, PNS Moawin, caught fire on March 10 while undergoing maintenance
by civilian labor. Among the 53 dead, nine were officers, 34 were sailors and 10
civilians, according to the minister, Zahid Hamid.


Another 59 persons were injured, including three officers, 23 sailors and
33 civilians. Seven of the injured were still under treatment, local newspaper
Dawn reported Saturday.


Hamid added that the vessel did not suffer any major damage andwas in 
operation after the incident.


He said the government had earmarked 5.05 million rupees (about85,000 US dollars)                                                                    for compensation for civilian casualties while the naval officers and
sailors would be compensated through a fundestablished by the Pakistan Navy

.
It was the first time that the government revealed the actual number of
casualties in the incident three months ago.


The minister's statement came in response to an adjournment motion moved by
the People's Party Parliamentarians Enver Baig.


Senator Baig had asked the Defense Ministry to inform the houseif the
incident was an act of terrorism or result of a human errorand if the
responsibility had been fixed in the case.


He said media reports put the number of casualties much less than the
magnitude of the tragedy and the military did not give details about casualties.


The senator said the defense forces should know that they were answerable
to the people of Pakistan and should inform the house if any compensation was
paid for the dead and to the injured.